Jan I Woutersz graaf van Egmond, hertog van Gelre

Wikipedia-bijdragers, 'Jan I van Egmont', Wikipedia, de vrije encyclopedie, 16 juni 2011, 08:57 (UTC), <http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Jan_I_van_Egmont&oldid=26...> [accessed 16 juni 2011]

Jan I van Egmont (vóór 1310 - 28 december 1369[1]) was heer van Egmont, heer van IJsselstein, baljuw van Kennemerland (1353-1354) en Stadhouder van Holland.

[bewerken] Biografie

Hij was een zoon van Wouter II van Egmont en Beatrijs van Doortogne. Hij wordt in 1328 voor het eerst genoemd als hij deelneemt in de Slag bij Kassel, en de graaf Willem III naar Vlaanderen vergezelden om de graaf van Vlaanderen tegen de oproerigen uit Brugge en omstreken te helpen. Jan krijgt door middel van huwelijk de heerlijkheid IJsselsteijn toegewezen en erft dit als zijn schoonvader Arnoud van IJsselsteijn overlijdt. In 1343 werd hij met anderen aangewezen om, tijdens de afwezigheid van de graaf, het land te besturen. Hij krijgt in 1344 de burcht Nieuwendoorn (Enigenburchbij) bij zijn bezittingen toegewezen. Van Egmont neemt deel aan de derde veldtocht van Willem IV van Holland naar Pruisen en is ook betrokken bij het Beleg van Utrecht in 1345 maar ontkomt (is blijkbaar niet aanwezig) aan de noodlotige slag bij Warns (1345). Hij is in de volgende jaren een belangrijke schakel in de politiek van Holland.

Jan is in 1350 een van de hoofdondertekenaars van de Kabeljauwse verbondsakte wat de Hoekse en Kabeljauwse twisten zouden in luiden. Hij is aanwezig bij de Slag bij Naarden (1350) en vocht ook mee bij de Slag bij Zwartewaal ook wel de Slag op de Maas genoemd. Jan van Egmont werd vervolgens naar Engeland gestuurd om het geschil tussen Margretha van Beieren en Willem V van Holland bij te praten, dit wordt echter niet opgelost. Hij vervolgt (terug in Nederland) met een krijgstocht tegen de burgers van Bunschoten, hervatte, na de winter van 1356 de oorlog door het kasteel van Nyevelt op last van den graaf te belegeren, na zeven weken nam hij het in, waardoor de oorlog tot een einde kwam. In 1356 wordt hij door Willem V van Holland tot stadhouder benoemd van het gebied boven de Maas, dit stadhouderschap oefende hij uit tezamen met zijn broer Gerrit. Hij neemt nadat Willem V krankzinnig is verklaard zitting in de ministriaal van Albrecht van Beieren. bij wie hij in 1358 als raad voorkomt. In 1359 tekent hij als een van de hoofdmannen der Kabeljauwsche partij de zoenbrief met Delft (1359), tot zijn dood vindt men hem in de omgeving van de graaf. Na zijn dood, die op 28 Dec. 1369 voorviel, werd hij in de kerk te IJselstein begraven.

18. Guyote van Amstel, Erfdochter. Aangewezen als erfdochter van IJsselstein bij wijziging door graaf Willem III van IJsselstein c.a. in een onversterflijk leen Woudrichem 20-5-1330, de tocht aan de tienden van Huisduinen en die van Zegwaard 31-3-1331, voorts vermeld 1-9-1344., overl. na 1370, tr. ca. 1330 Jan I van Egmond, geb. ca. 1310, Heer van Egmond. Ridder; neemt deel aan de slag bij Cassel 23-8-1328, aan de derde tocht van graaf Willem IV naar Pruisen dec. 1344-maart 1345, aan die tegen Utrecht juni 1345 en (vermoedelijk) aan die tegen Friesland sept.1345; is van 1339 af lid van de grafelijke raad; legt samen met Gerard van Heemskerk de grondslag voor het Kabeljauws verbond van 23-5-1350 waarvan hij in Holland de leider wordt, doch treedt vanwege de te verwachten erfenis nimmer scherp op tegen zijn meer Hoeksgezinde schoonvader; bekleedt een leidende positie onder Graaf Willem V; baljuw van Kennemerland jan. 1353-apr. 1354; belast met de verdediging van Naarden en de militaire leiding over Kennermerland, West-Friesland, Amstelland en Waterland okt. 1355; is in hoge mate verantwoordelijk voor het uitbreken van de Hoekse en Kabeljauwse twisten, maar ook voor de beeindiging van de burgeroorlog met de terugkeer van de Hoeken in het land en het landsbestuur; wordt vanwege conflicten met de abt van Egmond door de Paus geecommuniceerd 1366., overl. 28-12-1369, begr. IJsselstein, zn. van Wouter II van Egmond, Heer van Egmond., en Beatrijs van de Doirtogne, Jonkvrouw.

[bewerken] Vrouw en kinderen

Jan I huwde met Guyote van IJselstein waarmee hij minstens tien kinderen mee had:

Arend Heer Van Egmond ± 1340-1409, opvolger

Jan van Egmont ?-1360, was gehuwd met Johanna van Raaphorst

Gerrit van Egmond

Albrecht van Egmond, Kannuk te Utrecht

Beatrix van Egmond, was gehuwd met Gijsbrecht van Vianen

Baerte van Egmond

Maria van Egmond ????-± 1584, was gehuwd met Filips IV van Wassenaar

Catharina van Egmond, was gehuwd met Bartholomeus van Raephorst

Antonia van Egmond, abdess te den Bosch

Elisabeth van Egmond

Griete van Egmond

http://www.coolen-online.be/index.htm?genealogie/genealogie_front_N...

M : Heer Johan I Van Egmond, Geboren/Born Ongev/About 1310, Gest./Died 27 DEC 1370 Zoon van / Son of : Wouter II Van Egmond & Beatrix Van Doortoge

Relat(ie/ed) 31 MAR 1331

F : Guyote van Amstel (Gudele) Van IJsselstein, Geboren/Born Ongev/About 1315, Gest./Died Ongev/About 1377 Dochter van / Daughter of : Arnoud van Amstel Van IJsselstein & Maria D'Avesnes Kinderen/Children ; 1: Beatrix Van Egmond (* ~1330 ,+ >1389 ) 2: Bertha Van Egmond (* ~1340 ,+ ~1412 )

REPERTORIUM OP DE GRAFELIJKE LENEN TE BLEISWIJK, HILLEGERSBERG, KRALINGEN, OVERSCHIE, ROTTERDAM, SCHIEBROEK, SCHOONDERLOO EN ZEVENHUIZEN, 1200-1648

• ZEVENHUIZEN 84. Het ambacht van Zevenhusen (1296: tussen Wulfcoepe en de Wilde hoeve, strekkende vanaf het midden van de Rotte bij het land van Jacob Heynric Quintsz. over een lengte van 15 voorling en bij de Wilde hoeve ook over een lengte van 15 voorling en tussen deze beide uiterste punten langs een rechte lijn, 1306: met de erbij behorende visserij en de gruit).
• 28-1-1306: Beatrice van der Dortoghe bij koop nadat het leen bij dode van haar vader heer Dieric van der Dortoghe, ridder, als recht leen was afgestorven, bij kinderloos overlijden te versterven op haar moeder ver Ermegaerd (L.H. 1, fol. 69v).
• 16-6-1309: Florens van der Duertoghe wordt in de plaats van vrouwe van der Duertoghe, gehuwd met Willem van Leyden, aangesteld als voogd over de jonkvrouwe van der Duertoghe, mits aan de vrouwe betalende 400 pond (L.H. 78, fol. 56; op 7-1-1310 treedt hij als zodanig op voor jonkvrouwe Beatrice, dochter van wijlen zijn broer heer Dirc van der Dortoghe, Gemeentearchief Haarlem, cartularium van de heren van Sint Jan, fol. 344).
• ..-.-131.: Beatrix van Doertoghe, gehuwd met Wouter van Egmunde heer Gerardsz. (Necrologium van de abdij van Egmond op 3 september en 11 september).
• ..-.-132.: Heer Jan van Egmond bij dode van zijn moeder Beatrix van de Doertoghe, vermeld op 13-8-1338 (Necrologium Egmond op 3 september en L.H. 274, fol. 399v).
• 16-4-1370: Aernout, heer van Egmond, knape, bij dode van zijn vader en met bevestiging van het door hem op 11-2-1370 in achterleen aan zijn broer Willem van Egmond gegeven van het leen; hij wordt op 14-11-1390 vermeld (L.H. 50, fol. 123v; L.H. 265, fol. 2 en L.H. 274, fol. 526).
• 3-9-1410: Heer Willem van Egmond, ridder, bij dode van zijn vader, met het recht van turfsteken ter plaatse, waar hij zelf de tienden bezit en mag de daar gelegen moeren en venen doen afwateren via de watergang en sluizen van de buren zonder extra kosten, maar moet wel het er van ouds op rustende morgengeld betalen (L.H. 55, fol. 78).

DE BEZITTINGEN ROND ROTTERDAM VAN DE ST. PAULUS-ABDIJ, 1264-1666

• ZEVENHUIZEN 19. De tienden te Zevenhuzen.
• 28-7-1306: Jonkvrouwe Beatrice, dochter van heer Diederic van der Dortoghe, zoals haar vader en haar grootvader (Leenkamer Holland, inv.nr. 1, fol. 69).
• 13-8-1338: Jan van Egmondt, ridder, beleent zijn broer Gerrit van Egmondt met 20 lb. per jaar uit het leen (Leenkamer Holland, inv.nr. 265, fol. 5).